Wanneer het lichaam het werk stopt — wat de verzuimcijfers van 2025 ons écht vertellen
- Erike Walthaus

- 5 jun
- 3 minuten om te lezen

“Herstel is geen achterstand. Het is de enige manier om überhaupt nog vooruit te kunnen.”
— Teamleider, technologiebedrijf
⸻
Het zijn geen incidenten meer. In 2025 meldde meer dan de helft van de Nederlandse werknemers zich ziek. Volgens cijfers gepubliceerd op 3 juni door NU.nl, gebaseerd op onderzoek van TNO en arbodiensten, liep het gemiddelde aantal verzuimdagen op tot ruim acht. De bijbehorende kosten voor werkgevers overschreden 8,3 miljard euro.
Maar deze cijfers staan niet op zichzelf. Ze zijn onderdeel van een stille correctie. Een signaal dat het werkritme waarin we functioneren — of proberen te functioneren — niet meer strookt met wat mensen aankunnen. Niet in uren, maar in draagkracht. Niet in werkdruk, maar in werkstructuur.
⸻
Geen griep. Geen gebroken been.
Waar mensen zich in 2025 ziek voor melden, is zelden tastbaar. Volgens TNO komt meer dan de helft van de verzuimkosten voort uit psychosociale arbeidsbelasting: stress, emotionele uitputting, onveiligheid of overbelasting. Geen medische diagnose, maar een mentale.
Vooral in sectoren als zorg, onderwijs, ICT en maatschappelijke dienstverlening ligt het verzuim het hoogst. Niet toevallig de sectoren waar betrokkenheid geen optie is, maar voorwaarde. En waar flexibiliteit vaak betekent: altijd beschikbaar zijn.
“Ze vallen niet uit vanwege hun werk,” zegt een schoolleider. “Ze vallen uit omdat niemand herstelt in de manier waarop we dat werk organiseren.”
⸻
Verzuim is geen incident. Het is informatie.
Ziekteverzuim wordt vaak als verstoring gezien — een tijdelijke afwezigheid. Maar de cijfers van 2025 tonen een patroon. Verzuim is geen storing in het systeem, het is het systeem dat zich uitspreekt. Een signaal dat werkomgevingen zijn doorgeschoten in efficiëntie, en onderweg de menselijke maat zijn kwijtgeraakt.
“We roepen mensen terug van hun ziekmelding, zonder onszelf af te vragen waarom ze daar terechtkwamen,” zegt een HR-adviseur uit de zorg. “Het is de context die ziek maakt.”
⸻
2025 dwingt tot herziening — niet tot herstel van het oude
De reflex is begrijpelijk: terug naar normaal. Maar normaal werkte al niet meer. Verzuimcijfers zijn niet alleen een waarschuwing, ze zijn een kans. Voor organisaties om hun cultuur niet te ‘vitaliseren’, maar te herijken. Voor leidinggevenden om ruimte niet als risico te zien, maar als randvoorwaarde voor duurzaamheid.
Dat betekent: minder monitoren, meer vertrouwen. Minder stapelen, meer structureren. En bovenal: erkennen dat herstel niet optioneel is — maar noodzakelijk.
“We zijn verslaafd geraakt aan het idee dat doorgaan altijd de juiste keuze is,” stelt een teamleider uit de technologiesector. “Maar op een lege batterij werkt niemand efficiënt.”
⸻
Herstel als integraal onderdeel van werk
Pauze is geen luxe. Rust is geen verwennerij. Herstel is infrastructuur. Wie dat inbouwt, voorkomt niet alleen verzuim, maar voedt vertrouwen, scherpte en duurzame prestaties. Ziekteverzuim is dan niet langer een kostenpost, maar een kompas.
De toekomst van werk is geen sprint, maar een ritme. En dat ritme begint bij het herontwerpen van de manier waarop we verwachtingen, tijd, samenwerking en herstel met elkaar verweven.
⸻
Wat 2025 ons laat zien:
📌 Meer dan 50% van de werknemers meldde zich ziek.
📌 Gemiddeld: 8,2 verzuimdagen per werknemer.
📌 Totale loonkosten voor ziekte: 8,3 miljard euro.
📌 Psychosociale belasting is veruit de grootste veroorzaker.
📌 Sectoren met mensgericht werk (zorg, onderwijs, ICT) worden het zwaarst geraakt.
📌 Verzuim is geen uitzondering meer — het is de weerspiegeling van een werkcultuur die vraagt om herinrichting.
⸻
Misschien is 2025 niet het jaar waarin we leerden hoe we moesten terugkomen,
maar het moment waarop we besloten om het anders te doen. Voel jij in je organisatie ook de impact van structurele overbelasting? Laten we samen kijken hoe het anders kan — met aandacht voor ritme, herstel en menselijkheid. Plan een kennismaking.


